Lavendel
Botanisch: lavandula vera L.
Familie: apiaceae
Gebruikt deel: de bloem
In Zuid-Europa en Noord-Afrika wordt lavendel voornamelijk voor de winning van etherische oliën gekweekt. Vooral de Provence is er voor beroemd. De fijnste kwaliteit lavendel groeit op hoogtes boven de 1400 meter. De naam is afgeleid van het Latijnse “lavare” hetgeen wassen betekent. Van oudsher heeft lavendel dan ook een zeer zuiverende reputatie.
Eigenschappen – indicaties: Bactericide – parasiticide – krampstillend – angst – depressie – kalmerend – migraine – nerveuze aandoeningen – pijnstillend – slapeloosheid (nerveuze) – luchtwegenaandoeningen, algemeen – astma – bronchitis – hoest – anti-coagulans – hartkloppingen – hartpijn – harttonicum – hoge bloeddruk – spijsverteringsstoornissen – maagmiddel – winderigheid – galdrijvend – galvormend – uro-genitale aandoeingen, algmeen – blaasontsteking – blenorroe – diureticum – oligurie – reuma – spierontspannend – huidaandoeningen – acne – insektensteken – couperose – brandwonden – radiodermitis – wonden – zweren – allergie – insecticide - zweetdrijvend
Gebruik: Verstuiven – bad – massage - inname
Emotioneel:
Negatief: emotionele trauma’a – negatieve houding - spanning
Positief: zuiverend – frisheid - harmonie
Samenstelling: 5% ocimeen – 3% ß-carryophylleen – ß-farneseen – 42% linalol – terpine-1-ol-4 – borneol – geraniol – lavendulol – 55% linalyl-acetaat – 3% 1,8-cineol – 4% kamfer
Uiterlijk: een kleurloze tot lichtgele vloeistof met een zoete, bloemige, kruidige geur en een balsemachtige, houtachtige ondertoon.
Vluchtigheid: middentoon
Goed te combineren met: mengt goed met de meeste oliën, vooral met citrusoliën en bloemoliën, maar ook met cederhout, kruidnagel, scharlei, den, geranium, ciste-roos, vetiver, patchouli enz